Reflectie-oefening
‘Inzetten op kapitaal’ voor hulp- of dienstverleners
Om armoede effectief te bestrijden is het essentieel om in te zetten op verschillende vormen van ‘kapitaal’. Inzetten op psychologisch, sociaal en maatschappelijk kapitaal betekent namelijk het versterken van het zelfhelpend en zelforganiserend vermogen. En dan is er ook nog het inzetten op economisch kapitaal.
Psychologisch kapitaal vergroten: hierbij gaat het om de talenten en competenties die mensen hebben om veranderingen in hun leven te realiseren en om daarover regie te voeren. Het gaat om veerkracht, verbeteren van de ervaren gezondheid, gevoelens van eigenwaarde en zelfvertrouwen en het vermogen om te handelen.
Sociaal kapitaal vergroten: dit gaat over de sociale steun vanuit de omgeving. Hebben mensen een sociaal netwerk waarop zij een beroep kunnen doen? En is er een meer collectief verband om met anderen de problemen te lijf te gaan? Denk hierbij aan lotgenotencontact en zelfhulpgroepen.
Maatschappelijk kapitaal vergroten: dit duidt op het vergroten van macht bij de doelgroep om veranderingen door te voeren die verder reiken dan alleen het eigen leven. Het gaat om invloed en macht om zaken die misgaan in processen en systemen te kunnen aanpakken. De rol van cliëntenorganisaties, ombudsman, invloed op politiek en ook bijvoorbeeld de inzet van ervaringsdeskundigheid valt in dit licht te bezien.
Economisch kapitaal vergroten: dit betreft de genoten opleidingen en het hebben van betaald werk en daarmee meer inkomen.